Flat whites drinken met de vriendinnen in de koffiebar, terwijl baby snoezig slaapt in de kinderwagen. Of een vredig duttend kindje in de mozesmand. Vraag je het aan gezinspyschologe Nina Mouton, dat is dàt de moderne variant van de prins op het witte paard. “De Sex and the City-versie van baby’s, een droombeeld dat we nog al te vaak meekrijgen. Terwijl we als ouders hoegenaamd niet geholpen zijn met zulke romantiserende slaapsprookjes. En evenmin met énkel de nachtmerries. Ofwel hoor je de horrorverhalen, van ouders met een anderhalf-jarige die amper een oog dicht doet. Ofwel hoor je: ‘oh, mijn kind sliep al na drie weken door’. Mag er alsjeblieft wat grijs zijn?”
Om mild in het ouderschap te kunnen staan, zoals Nina Mouton het in haar boek én met haar ‘Mild Ouderschap Academy’ uitdraagt, heb je onder andere een flinke portie realistische verwachtingen nodig. Zo ook over het slaappatroon van baby’s en jonge kinderen. Daarom lanceerde de psychologe ‘Slapen met Nina’. Een online leertraject voor ouders die zich afvragen ‘Is dit wel normaal’? En die op zoek zijn naar praktische tips en handvatten rond slaap. Waarom zo’n traject? Nina: “Moeders en vaders klopten vaak bij mij aan, omdat ze dachten dat ze iets verkeerds deden. Hun kind van drie maanden oud sliep namelijk niet door. Terwijl dat dus perfect normaal is. Alleen: weinig ouders weten dat”. Maar wat is dan eigenlijk ‘normaal’? En wat zou elke ouder moeten weten over het slaapgedrag van baby’s? Nina aan het woord.
1. EEN NIET DOORSLAPENDE BABY IS GEEN PROBLEEM. HET IS DE NATUUR.
“Het heersende idee? Dat baby’s zo snel mogelijk moeten doorslapen. Zelfs die kleine, pasgeboren baby’s moeten asap meedraaien in onze maatschappij. Want: hun ouders moeten werken, en die kunnen niet werken wanneer ze moe zijn. Al vanaf de geboorte worden baby’s dus in een mal geduwd. En prille ouders ook: want als je kind niet doorslaapt, dan krijg je al meteen een portie schuldgevoel aangepraat. Je hebt het al verpest. Je hebt je kind verwend. Je hebt het jezelf aangedaan. Terwijl jouw niet-doorslapende kind gewoon perfect normaal kindergedrag vertoont. En dat geldt niet alleen voor de eerste maanden. Het is ook logisch dat een kind van twee, drie, vier, vijf, zes… ’s nachts wakker wordt, bijvoorbeeld omdat het bang is. Laat je niet gek maken: het is geen probleem, het is normaal.”
2. STAAK HET VERZET
“Blijf je je verzetten tegen iets dat erbij hoort – zoals een baby die ’s nachts wakker wordt – dan blijf je vastzitten in een frustrerende, zinloze strijd. En dat kost zo veel energie. Ben je als ouder echter geïnformeerd over wat normaal slaapgedrag is bij baby’s en jonge kinderen, en laat je je niet meeslepen door cowboyverhalen (in de twee richtingen), dan volgt aanvaarding. En dat brengt rust.”
“Toen ik zelf pas mama werd, was ik ontzettend dankbaar voor een boek van Stefan Kleintjes over borstvoeding. Omdat daarin zwart op wit stond: ‘Je bent de hele dag aan het voeden. Het is normaal dat je kind na tien minuten weer aan de borst ligt.’ Omdat ik wist dat het erbij hoorde, kon ik het aanvaarden.”
3. BABY’S HEBBEN EEN ANDER SLAAPRITME DAN VOLWASSENEN
“Wij hebben een circadiaans ritme, het 24-uursritme van onze biologische klok: we zijn wakker overdag en slapen ’s nachts. Pasgeboren baby’s hebben dat ritme nog niet. Die doen maar wat. ‘Hij neemt z’n dag voor z’n nacht’, hoor je dan. Is dat lastig? Ja. Maar is dat normaal? Ook ja. Gaat dat voorbij? Zeker. Vanaf zo’n maand of vier, beginnen baby’s met het ontwikkelen van een circadiaans dag-nachtritme. Vier maanden hé mannekes. Dat is lang. Het wakker worden ’s nachts is dus niet na twee weken voorbij.”
4. JONGE BABY’S SLAPEN MAXIMAAL DRIE KWARTIER AAN ÉÉN STUK
“De grote hamvraag – helaas – aan jonge ouders is vaak: ‘En? Slaapt de baby al door?’. Dat is absurd. Want zelfs wij, volwassenen, slapen niet eens door. Wij doorlopen een slaapcyclus van zo’n 90 à 120 minuten, worden dan even wakker en slapen vervolgens weer in. Daar hebben we vaak geen herinnering aan. We hebben onszelf namelijk aangeleerd om die slaapcycli aan elkaar te rijgen, tot één lange nacht. Ook baby’s slapen in zulke cycli. Alleen: bij hen duren ze nog iets korter (zo’n 45 à 60 minuten, dus de helft van onze cyclus!) en ze hebben nog niet geleerd om weer in te slapen. Een baby rondt een slaapcyclus dus af en denkt: ‘Tiens ik ben wakker’. En dat heb jij als ouder dan geweten: jij wordt pal in het midden van je slaapcyclus gewekt. Dat is pittig.”
5. BABY’S BEGINNEN MET DE REMSLAAP
“Je baby valt in slaap en jij denkt: ‘Ik leg ‘m even in het parkje’. En hup, hij is weer wakker. Ook dat is logisch. Baby’s beginnen een slaapcyclus namelijk in de remslaap. Dat wil zeggen dat ze de eerste 20 minuten heel erg licht slapen. Pas daarna komen ze in de diepere slaap terecht. Tijdens het eerste deel van hun slaapcyclus zijn ze dus heel gevoelig voor externe factoren. Krijgen ze dan een natte luier, worden ze verplaatst, hebben ze het koud, klinkt er een luid geluid, dan worden ze heel gemakkelijk weer wakker.”
“Als een baby huilt en je laat hem huilen, dan zal hij na een tijdje inderdaad stoppen met huilen. Niet omdat hij denkt: ‘oké, chill. Ik heb nu beslist dat ik ga slapen, dus toedeloe’. Hij stopt omdat hij het opgeeft. Omdat je toch niet komt. Maar zijn stressniveau zal ondertussen echt gigantisch gepiekt hebben.”
— Nina Mouton
6. JE BABY SLAAPT GRAAG OP JOU
“Hij heeft een prachtig gedecoreerd wiegje, maar je baby wil er niet in liggen. Ook dat is zo herkenbaar. En normaal: evolutionair gezien lagen baby’s namelijk niet in prachtige wiegjes. Baby’s gaan op zoek naar mensen rondom zich. Want lag een baby vroeger ergens alleen, dan was dat gevaarlijk. Dan kon ie opgegeten worden. Is het dus normaal dat je baby alleen op jou of in de draagzak/draagdoek wil slapen? Ja. Hij of zij zoekt gewoon jouw veiligheid en nabijheid op.”
7. ‘WHATEVER WORKS’ IS EEN HANDIGE STRATEGIE
“Wat op dit moment voor jullie werkt, dat werkt. Punt. Onthoud: hoe meer slaap we krijgen, hoe contenter we zijn. Je hoeft dus écht niet stikkapot te zijn. Werkt het om samen te slapen – hoe groot of klein de kinderen ook zijn? Prima. Doe dat. Word je voortdurend wakker geschopt door je peuter, dan werkt samen slapen niet. Ook prima. Dan zoek je wat anders. Iets dat wél werkt voor jullie.”
“Weet je: er bestaat geen tien-stappenplan voor ‘vredige slaap in het gezin’. Elk gezin werkt anders. Al wil dat niet zeggen dat we geen inspiratie kunnen zoeken bij elkaar: misschien heeft iemand anders wel een geweldig goeie oplossing gevonden, die jij ook eens zou kunnen proberen. Heel belangrijk: mild ouderschap wordt vaak afgedaan als ‘grenzeloos’, maar is dat zeker niet. Het is dus niet: wat werkt er voor mijn kind? Maar: wat werkt er voor ons. Als je voelt: nope, ik trek dit niet meer, dan is het niet de juiste oplossing. Zoek dan gerust verder. Zoeken is oké.”
8. KIJK NIET VOORUIT
“‘Als je nu dit of dat doet, zullen ze later nooit…’ Luister niet langer naar De Grote Bangmaakshow. Ik zeg altijd: als ze 18 zijn, liggen ze al in het bed van een ander. Vraag je af: hoe we het nu aanpakken, werkt dat voor ons? Ja? Bingo! En kijk daarbij zelfs niet vooruit naar volgende maand, want dan kan alles weer anders zijn. En dan mag alles weer anders zijn. Jouw ouderschap staat niet in steen geschreven. De tafel plakt niet. Je kan gerust nu iets proberen, en daarna weer terug. Aan de andere kant: als iets wérkt moet je het ook niet gaan veranderen. Slaapt je kindje prima in z’n bed, dan moet je het niet plots bij je gaan leggen, pakweg ‘omdat het vakantie is’.”
9. JE KAN EEN KIND NIET VERWENNEN MET AANDACHT
“Dat is nog een overblijfsel van de visie waarmee we zelf vaak groot zijn geworden. Laat die visie los. Het basisbeginsel van mild ouderschap is dat je een kind niet kan verwennen met aandacht. Zeg nu zelf: wat is er mooier dan het veilige nest bij je mama of papa opzoeken? Waarom zou je dat niet toelaten? Volg je moeder- of vadergevoel.”
10. IS ALLES FYSIEK IN ORDE?
“Misschien sluimert er een oorontsteking, heeft je kindje een voedselintolerantie of allergie, misschien was de geboorte erg heavy? Het slaapgedrag van je kind kan niet alleen verklaard worden door de nood aan veiligheid en nabijheid, maar kan ook een fysieke oorzaak hebben. Als je voelt: ‘hier is meer aan de hand’, laat dat dan nakijken. Ook daarover liegt je moeder- of vadergevoel doorgaans niet.”
11. MOE ZIJN HOORT ERBIJ, MAAR IS DAAROM NOG NIET GEMAKKELIJK
“Hoe vaak krijgen jonge ouders te horen: ‘je koos er toch zelf voor?’ of ‘je wist toch op voorhand dat je niet zou slapen?’. Maar dat is niet zo. Het is normaal dat je dit niet kon inschatten. Of dat je dacht dat jij wel die ene uitverkoren baby zou krijgen die wél vlotjes zou doorslapen vanaf week drie. Anders begon niemand nog aan kinderen hé.”
“Dus ja, het is normaal dat je als prille ouder moe bent. Maar daarom is het nog niet evident. Bovendien is er een verschil tussen ‘moe’ en ‘ik sta op de rand’. Ik heb al veel ouders gezien die afstevenen op een crash. We steken dat dan vaak op de slaap van de kinderen – een belangrijke factor, natuurlijk – maar tegelijk zijn we ook nog wel fulltime aan het werk. Of aan het verbouwen. Of alles tegelijk. We verwachten enorm veel van onszelf. We gaan maar door en ons lichaam kan daardoor in een overlevingsmodus schieten. In die modus wordt het onmogelijk om nog rust te vinden. Negeer die alarmsignalen niet omdat je denkt ‘moe zijn is normaal’. Op zo’n breekpunt stuur ik mensen naar de huisarts: ze moeten thuis blijven, slapen en tot rust komen.”
12. JE HEBT ‘SLAAPTRAINING’ EN ‘SLAAPTRAINING’
“‘Nina, hoe denk jij over slaaptraining?’. Die vraag krijg ik vaak. En ook hier is het antwoord weer niet zwart-wit, maar grijs. Slaaptraining à la ‘laat ze maar wenen’ of ‘ga na vijf minuten huilen de kamer binnen, geef hen een tutje en ga weer weg zonder iets te zeggen’? Dat is schadelijk. Pas op: ik begrijp dat je dat gedaan hebt of dat je dat doet. Want je bent moe en je probeert àlles. Dat is oké. Maar bedenk je even dit: als een baby huilt en je laat hem huilen, dan zal hij na een tijdje inderdaad stoppen met huilen. Niet omdat hij denkt: ‘oké, chill. Ik heb nu beslist dat ik ga slapen, dus toedeloe’. Hij stopt omdat hij het opgeeft. Omdat je toch niet komt. Maar zijn stressniveau zal ondertussen echt gigantisch gepiekt hebben. Baby’s hebben hun ouders nodig om zulke overweldigende emoties te laten zakken. Je kind aanleren dat er niémand komt, telkens er iets is, dat is niet oké.”
“Er zijn ook andere slaapcoaches, die met jou een totaal andere weg afleggen. Die gaan kijken: wat past er binnen jullie gezin? Zonder die focus op doorslapen, zonder in een machtsstrijd met je kind verzeild te raken. In mijn online slaapprogramma ‘Slapen met Nina’ zit trouwens ook een milde slaaptraining, om nachtelijke borstvoedingen af te bouwen. Het is de Gordon-methode, voor baby’s ouder dan twaalf maanden, waarbij je probeert om ’s nachts een blok af te bakenen waarin ze niet komen drinken. Maar ook daar zet ik dan een hele resem kanttekeningen bij: doe dit alleen als je het wil, als het goed voor je voelt, als je een partner hebt die ook overtuigd is, als je kind gezond is. Nogmaals: kijk altijd wat voor jullie werkt. Dat is en blijft de basis.”
Meer weten over (normale) slaap bij baby’s en jonge kinderen?
In het online leertraject ‘Slapen met Nina’ gaat Nina Mouton uitgebreid in op baby’s, kleuters (en ouders) met slaapproblemen. Ze biedt handige tips om er beter mee om te gaan. Gebracht op een erg toegankelijke manier (als in: baby in de draagdoek, tourtjes wandelen met je headphones op en luisteren naar Nina!) en daardoor het allerbeste Sinterklaas-cadeautje voor jezelf en je gezin.